Omdat de VS alle hens aan dek nodig heeft om haar snel afnemende hegemonie overeind te houden, heeft de EU haar rol als handhaver van de Amerikaanse regels verdubbeld door de NAVO en de EU te verweven in een architectuur van controle en propaganda – er is hybride oorlogsvoering ontketend tegen de Europese bevolking onder het mom van verdediging tegen Russische desinformatie. In een dergelijke context worden meer middelen naar de defensie- en veiligheidsbegroting en naar Amerikaanse bondgenoten zoals Oekraïne gestuurd. Hoe je het ook wendt of keert, het is duidelijk dat slechts een handvol goed verbonden bedrijven profiteert van een stijging van de militaire uitgaven van de lidstaten.
Eind oktober vorig jaar werd de voorzitter van het EU-nepparlement,
Roberta Metsola, door een journalist gevraagd of de EU de
toetredingsonderhandelingen met Oekraïne en Moldavië formeel zou
openen nadat deze landen in 2022 de status van kandidaat-lidstaat
hadden gekregen. “Als een land naar Europa kijkt, moet Europa zijn
deuren wagenwijd openzetten. Uitbreiding is altijd het sterkste
geopolitieke instrument van de Europese Unie geweest”, was haar
antwoord.
Hoewel Metsola eenvoudigweg de uitspraken van de führerin van de
Europese Commissie, Ursula Von der Leyen, en van de voorzitter van de
Europese Raad, Charles Michel, herformuleerde, biedt haar woordkeuze
een uitstekend inzicht in de ideologische grondslagen van het
EU-expansionisme.
Metsola haalt - zoals de meeste politici - Europa en de Europese Unie
door elkaar, maar dit is niet zomaar een verspreking. Brussel heeft
een lange traditie in het aannemen dat de EU gelijk is aan Europa en
dat landen die buiten haar grenzen liggen niet echt Europees zijn,
anders zouden ze niet naar Europa kijken. Europeaan worden betekent 'beschaafd'
worden, aangezien mensen buiten de 'tuin van Europa' in een 'jungle'
leven, althans zo noemde EU-chef Buitenlandse Zaken Josep Borrell het.
De Europese Unie, geponeerd als de belichaming van superieure waarden,
heeft naar men zegt de morele plicht om haar deuren te openen en de
ongelukkige landen toe te laten die momenteel buitengesloten zijn van
deze tuin van geneugten, en hen door dat te doen te redden van een
niet nader gespecificeerd gevaar. Eigenlijk is het een variatie op het
koloniale thema van de witte verlosser. Dan komt Metsola met het
doorslaggevende argument ter ondersteuning van de uitbreiding: nou ja,
het is een geopolitiek instrument om de EU sterker te maken.
Of de uitbreiding het blok sterker zou maken, zoals de voorstanders
ervan beweren, of juist de implosie ervan zou versnellen, heeft de
meningen al twintig jaar verdeeld. Metsola vergeet gemakshalve te
vermelden dat zonder unanieme overeenstemming de
toetredingsonderhandelingen niet eens kunnen worden gestart, maar
eurocraten kunnen natuurlijk niet toelaten dat feiten een goed verhaal
in de weg staan.
De metaforen die Metsola (de deur) en Borrell (tuin/jungle) gebruiken,
versterken de ruimtelijke opdeling van binnen/buiten die cultureel de
tegenstelling weerspiegelt tussen positieve en negatieve waarden,
beschaving en barbarij. Zonder een 'chaotische' externe sfeer, actueel
of ingebeeld, zou de interne structuur niet ordelijk lijken, eigenlijk
helemaal niet: figuur en achtergrond zouden in een continuüm
samenvloeien.
Het stellen van het bestaan van een gevaarlijke jungle bewoond door
barbaren is essentieel om de illusie van orde en beleefdheid binnenin
te behouden. Het probleem is dat bij elke uitbreidingsronde de mate
van wanorde van het systeem toeneemt. De geschiedenis heeft aangetoond
dat wanneer imperialistische expansie wordt geprobeerd zonder de
noodzakelijke voorwaarden – een voldoende sterk leger en een economie
die in staat is dit in stand te houden, alsmede een effectief
leiderschap, een ideologie die het verlangen naar een imperium
aanwakkert, en gezonde institutionele banden tussen de kern en de
periferie – het resultaat is onvermijdelijk een overschrijding,
mislukking en nederlaag.
Maar vraag onze Brusselse eunuchen niet naar rijken, vooral niet naar
de talloze rijken die zij dienen. Zij geloven in hun eigen propaganda
en zijn vastbesloten om “de Europese waarden te beschermen, te
bevorderen en te projecteren, en de democratie en de mensenrechten te
verdedigen in het belang van het gemeenschappelijke, publieke goed.
Het bevorderen van stabiliteit en welvaart in de wereld en het
beschermen van een op regels gebaseerde wereldorde zijn een
fundamentele voorwaarde voor de bescherming van de waarden van de Unie."
Als het om EU-verklaringen gaat, is parodie overbodig, het origineel
bereikt hetzelfde komische effect.
Of verdere expansie goed of slecht is voor de EU is het moderne
equivalent geworden van de oude Byzantijnse discussie over het
geslacht van engelen, en hoewel er geen overeenstemming kan worden
bereikt, is het proces grotendeels tot stilstand gekomen nadat de
grootste golf van nieuwe leden zich in 2004 had aangesloten en Kroatië
in 2013.
Waarom stond uitbreiding van de EU de afgelopen twee jaar bovenaan de
agenda van zoveel eurocraten? Voornamelijk omdat voorstanders van
expansie hoopten dat zij de eenheid die de EU had opgebouwd ten
opzichte van het conflict in Oekraïne konden benutten om een imperialistisch
proxy-project door te drukken, aangewakkerd door het magische denken
van Washington. De hoeksteen van dit project was de volledige
verovering van Oekraïne, waarvan het door de NAVO getrainde leger
Rusland een beslissende slag had moeten toebrengen. Zoals we weten
lopen de zaken niet bepaald volgens plan en lijkt die eenheid van het
uiteindelijke doel nu net zo precair als de toekomst van Oekraïne.
Oekraïne was jarenlang de status van EU-kandidaat beloofd en kreeg die
uiteindelijk in ruil voor een bloedoffer. Het komt duidelijk niet in
aanmerking voor lidmaatschap, en het vooruitzicht om in de nabije
toekomst met andere kandidaten in een overvolle wachtkamer te zitten,
is ons inziens niet bepaald de moeite waard om voor te sterven.
Brussel moet eerst een aantrekkelijker wortel vinden en deze
vervolgens laten bungelen, in een tijd waarin uit opiniepeilingen
blijkt dat de steun voor Oekraïne tanende is.
Nadat ze de Amerikaanse 'op regels gebaseerde orde' blindelings en
kritiekloos heeft verdedigd, heeft de EU een tas vol
schuldbekentenissen, een verzwakte economie, en Borrells tuin van
aardse geneugten begint steeds meer op het donkere paneel van
Jheronimus Bosch' beroemde drieluik te lijken.
Je zou kunnen denken dat het bespreken van de uitbreiding van de EU,
terwijl het blok wordt geconfronteerd met grote crises die het tot het
uiterste op de proef stellen, het toonbeeld van waanzin is. Sommige
commentatoren hebben feitelijk al parallellen getrokken tussen het
leiderschap van de EU en het gehannes van Nero toen Rome in brand
stond. Maar naar verluidt deed Nero nog iets anders dan rommelen, hij
gaf christenen de schuld van de brand. Het aanbieden van een vijand
binnen of een vijand buiten is een beproefde tactiek om afwijkende
meningen de kop in te drukken en de macht te consolideren. En dat is
precies wat de Duitse minister van Buitenlandse Zaken Annalena
Baerbock vorig jaar probeerde op een conferentie in Berlijn gewijd aan
de uitbreiding van de EU. Ze vertelde toen zeventien ministers van
Buitenlandse Zaken van de EU en kandidaat-lidstaten, waaronder de
Oekraïense Dmytro Kuleba, dat de EU moet uitbreiden om te voorkómen
dat iedereen kwetsbaar wordt.
“Het Moskou van Poetin zal blijven proberen niet alleen Oekraïne van
ons te scheiden, maar ook Moldavië, Georgië en de Westelijke Balkan.
Als deze landen permanent door Rusland kunnen worden gedestabiliseerd,
maakt dat ons ook kwetsbaar. We kunnen ons in Europa geen grijze
gebieden meer veroorloven.”
Wat is er gebeurd met de beloften van economische groei, investeringen
en toegang tot een rijke markt? Omdat ze anno nu allemaal behoorlijk
hol klinken, roept Baerbock (en zij niet alleen) de boeman aan. Alle
pretenties dat de EU en de NAVO verschillende strategieën volgen, zijn
verdwenen.
Nu de deur naar de NAVO gesloten is voor Oekraïne en Washington zijn
aandacht verlegt naar het Midden-Oosten en de Azië-Pacific, is de last
van het steunen van Oekraïne “om Europa te verdedigen” op de schouders
van de EU gelegd.
Terwijl de VS Rusland al lang als een bedreiging afschildert om de
NAVO in leven te houden, is dit de laatste jaren uitgebuit om het
buitenlands- en defensiebeleid van de EU-lidstaten te verenigen.
Washington promootte en faciliteerde een verticale consolidatie van de
macht in de EU om een deel van de politie- en bestraffingsfuncties
die de mondiale kapitaalaccumulatie van de EU mogelijk maken en de
hegemonie ervan schragen, aan Brussel uit te besteden.
Volgens de berekening zou het omgaan met één collectieve vazal, de EU,
gemakkelijker zijn dan het beheren van verschillende ruziënde en
concurrerende Europese vazallen. Deze strategie weerspiegelt
Washingtons gebrekkige inzicht in de geschiedenis en complexiteit van
Europa en daarom is het onwaarschijnlijk dat deze de gewenste
resultaten zal opleveren, vooral omdat de Europese belangen werden
opgeofferd op het altaar van de Amerikaanse. Nadat de rijkdommen uit
de EU-landen zijn weggesluisd en hun manoeuvreerruimte is beperkt, is
de taart kleiner geworden en is het niet meer dan normaal dat de
strijd om een stukje te bemachtigen zal toenemen. Het plunderen en
kannibaliseren van je bondgenoten is niet bepaald een slimme zet; het
riekt naar wanhoop en is een duidelijk teken dat de VS financieel en
militair overbelast zijn.
De economische en industriële achteruitgang in de EU-landen lijkt nu
onherstelbaar. Dat kan ook niet anders als u vastzit in een relatie
waarin misbruik wordt gemaakt en wordt uitgebuit en die u de vrijheid
ontzegt om uw vrienden en zakenpartners te kiezen. Het economische en
geopolitieke zwaartepunt is naar het oosten verschoven, de unipolaire
wereldorde die in de jaren negentig ontstond, valt uiteen en een
nieuwe multipolaire orde krijgt voor onze ogen vorm. In plaats van het
pragmatische pad van Euraziatische integratie te volgen en wederzijds
voordelige economische banden met China en Rusland te versterken, is
de EU begonnen aan een zelfmoordmissie voor haar curatoren in
Washington in de gedoemde poging Rusland te verzwakken en China in
bedwang te houden.
Jarenlang had de EU kunnen profiteren van de door de VS geleide
mondialisering; het ontwikkelde handelsbetrekkingen en multilaterale
samenwerking met buurlanden en de rest van de wereld. In plaats van de
opkomst van een nieuwe multipolaire realiteit te accepteren, kozen de
VS ervoor de mondialisering om te keren en de wereld in twee blokken
te splitsen, waarbij de concurrentie op creatieve wijze werd
vormgegeven als een ideologische confrontatie tussen democratie en
autocratie. Het handelsprotectionisme nam toe, internationale
investeringen werden onderworpen aan verscherpt toezicht om redenen
van nationale veiligheid, de beperkingen op de gegevensstroom namen
toe en ondertussen zijn sancties de norm geworden.
Na veroordeeld te zijn tot geopolitieke irrelevantie, worden de
Europese landen opgeroepen de rekening van de Amerikaanse imperiale
ambities te betalen en militaire hulp te bieden. In een rapport dat in
november door de RAND Corporation werd gepubliceerd, werd erkend dat
de Amerikaanse defensiestrategie en -houding insolvabel zijn geworden
en werd een andere aanpak aanbevolen: “De taken waarvan de Amerikaanse
regering en haar burgers verwachten dat hun strijdkrachten en andere
elementen van de nationale macht internationaal op grote schaal zullen
presteren overschrijden de middelen die beschikbaar zijn om deze taken
te volbrengen.
De Verenigde Staten kunnen en mogen niet op eigen kracht proberen de
vereiste operationele concepten, houdingen en capaciteiten te
ontwikkelen die nodig zijn om deze nieuwe benadering van het verslaan
van agressie te realiseren. De noodzaak voor participatie van
bondgenoten en partners gaat over meer dan alleen het genereren van de
middelen die nodig zijn voor een geloofwaardige gecombineerde
verdediging. Omdat afschrikking meer inhoudt dan pure militaire macht,
is solidariteit tussen de leidende democratisch bestuurde landen ook
op diplomatiek en economisch vlak nodig. En nauwere samenwerking en
onderlinge afhankelijkheid op defensiegebied zal gunstige
overloopeffecten hebben op andere gebieden, waardoor gecoördineerde
actie om gemeenschappelijke uitdagingen het hoofd te bieden wordt
vergemakkelijkt.
Om de stervende wereldmacht beter te kunnen bijstaan, wordt de EU
opgedragen uit te breiden en te hervormen. Eigenlijk worden
hervormingen nog urgenter geacht dan uitbreiding, omdat de VS vrezen
dat het vermogen van de EU om de voorgeschreven taak uit te voeren
ondermijnd zou kunnen worden, doordat een handvol landen hun vetorecht
zouden kunnen uitoefenen. Centraal in het gesprek staat de
unanimiteitsregel van de EU, wat betekent dat elk land het eens moet
worden voordat het blok een besluit kan nemen over kwesties als
buitenlands beleid, hulp aan Oekraïne of belastingregels.
Het is geen toeval dat de luidste argumenten vóór uitbreiding van de
EU en meerderheidsstemmen in plaats van unanimiteit in
Atlanticistische kringen worden gehoord. Washington moet de controle
over het Europese buitenlands en veiligheidsbeleid versterken en
daarom heeft het de druk op Frankrijk en Duitsland opgevoerd, evenals
op andere Europese staten die zich verzetten tegen het vooruitzicht
dat Oekraïne, Moldavië en de landen van de Westelijke Balkan in de
toekomst tot de club zouden toetreden.
In het soort EU waar Parijs en Berlijn dertig jaar geleden van
droomden, zouden de Baltische en Oost-Europese landen goedkope grond
en arbeid en nieuwe onaangeboorde markten voor hun bedrijven bieden –
de ideale Lebensraum voor ambitieuze, ondernemende West-Europeanen.
Dit neokoloniale scenario zou worden ondersteund door cultureel
imperialisme en vergemakkelijkt door geografische nabijheid.
Maar in de euforie na de Koude Oorlog besteedde de Frans-Duitse tandem
geen aandacht aan de zoektocht naar de Steen der Wijzen: de
uitbreiding van de NAVO verliep veel sneller dan de uitbreiding van de
EU. Ondanks de ontbinding van de Sovjet-Unie en het Warschaupact werd
de NAVO niet ontbonden; haar missie “om de Russen buiten, de
Amerikanen binnen en de Duitsers beneden te houden” had in ieder geval
een nieuwe impuls gekregen nadat de NAVO staten verwelkomde wier
nieuwe politieke elites precies op die missie waren voorbereid.
Niet alleen zouden de Amerikanen luider dan voorheen de baas zijn, ze
konden ook rekenen op meer bondgenoten die precies dàt zouden doen.
Toen nieuwe lidstaten tot de EU toetraden, begon hun anti-Russische
sentiment ook een onevenredige rol te spelen bij het vormgeven van de
EU-betrekkingen met Rusland. In feite werd Russofobie actief
gecultiveerd in post-Sovjetstaten om kwetsbare, en in sommige gevallen
volledig kunstmatige, nationale identiteiten te ondersteunen en
legitimiteit te verlenen aan nieuwe heersers.
Om nieuwe en oude leden aan elkaar te binden en meer kandidaten aan te
trekken, veranderde de EU politieke problemen in technocratische
problemen, vertrouwde ze op juridische procedures en kende ze
financiële middelen toe of trok ze deze terug om haar ‘visie’ op te
leggen, en werd ze een ideationele speler en een ‘mondiale leraar’ van
neoliberale principes, westerse ‘waarden’ en EU-normen. Om haar
antidemocratische karakter te verbergen en een invasief bureaucratisch
apparaat te legitimeren dat zich volledig losmaakte van de bredere
samenleving, veranderde de EU in een gigantische PR-machine die
middelen uitputte om moreel gezag uit te stralen en de schijn op te
houden.
Bij gebrek aan democratische legitimiteit moest de EU aanzienlijke
middelen investeren in het creëren van een spiegelbeeld van democratie.
Bij gebrek aan demo's moest het er één uitvinden via een 'beschavingsmissie'
die met missionaire ijver werd ondernomen. Om de nieuwe ‘Europese
demo’s’ te creëren moesten de nationale, culturele en religieuze
identiteiten eerst worden verdund (of kunstmatig worden opgeblazen als
ze een anti-Russische functie dienden), stap voor stap, beginnend op
de kleuterschool, en vervolgens vervangen door een 'woke ersatz',
aangeboden door onder meer het World Economic Forum en de ontregelende
Open Society Foundations – het social engineering-pad naar de
beschaving!
We moeten niet vergeten dat de EU noch een onafhankelijke geopolitieke
actor, noch een 'geopolitieke macht' is, ongeacht waar Borrell of Von
der Leyen enthousiast over zijn. De EU is opgericht om de macht van de
lidstaten weg te nemen en hun soevereiniteit uit te hollen, zodat zij
nooit een uitdaging zullen worden voor de Amerikaanse belangen en
macht. Als gevolg hiervan is de EU niet groter dan de som der delen;
zij is het geopolitieke equivalent van een zwart gat. De
institutionele architectuur, een ingewikkeld netwerk van pratende
winkels, is zó verbijsterend en geestdodend dat Henry Kissinger, toen
hij minister van Buitenlandse Zaken van de VS was, de beroemde grap
maakte: "Wie moet ik bellen als ik Europa wil bellen?"
De EU is noch een internationale organisatie noch een natiestaat en
kan worden omschreven als een kunstmatig supranationaal staatsbestel.
Dit neemt de vorm aan van talloze, elkaar doordringende netwerken van
sociale, economische, politieke en ideologische verbindingen die, op
verschillende niveaus en stadia, supranationale mechanismen, nationale
regeringen, regionale overheden, multinationale ondernemingen en
belangengroepen met een internationaal bereik omvatten.
Als we het dus over de EU hebben, moeten we niet vergeten dat deze
wordt bestuurd als een privéclub voor een cluster van transatlantische
bedrijven en financiële elites. Hun lobby’s en denktanks controleren
de kennis en informatie die de publieke opinie vormen en waar
boegbeelden naar handelen – EU-leiders zijn steevast mislukte politici
en middelmatigheden wier politieke carrières werden vergemakkelijkt
door dezelfde lobby’s die hen bezitten en hun agenda dicteren.
Terwijl deze transatlantische elites zich bezighouden met een mondiale
strijd om hun macht te behouden en uit te breiden, en hulpbronnen te
grijpen en te beheersen, van digitale data tot natuurlijke hulpbronnen,
vormen zij kartels wanneer hun belangen samenvallen, of strijden zij
om politieke invloed wanneer hun belangen uiteenlopen. De 'cultuuroorlogen'
die een rationeel debat in het Westen vrijwel onmogelijk hebben
gemaakt, worden vaak gevoed door deze elites, omdat zij over de
middelen beschikken om politieke middelen – mensen, stemmen en
partijen – te mobiliseren rond bepaalde standpunten over culturele
kwesties.
Het Europese integratieproces is een imperialistisch project, zowel in
de zin van de relatie van de EU met de rest van de imperialistische
keten, als binnen de EU in de ongelijke relaties tussen de
verschillende landen.
De tekenen van een diepe crisis van de Europese integratie zijn in
aantal toegenomen, waarbij de Brexit het meest voor de hand liggende,
maar niet het enige voorbeeld is. De groeiende legitimiteitscrisis
komt ook tot uiting in de reactie van kiezers in EU-landen. In
tegenstelling tot de beschuldigingen van ‘populisme’ en ‘nationalisme’
aan het adres van iedereen die kritisch staat tegenover de Europese
integratie, komt vooral de angst naar voren die wordt veroorzaakt door
het gevoel van mensen dat ze geen controle hebben over hun eigen leven,
door hun ongeloof tegenover het ondemocratische institutionele en
politieke kader van de EU.
Omdat de levensstandaard blijft dalen en de beloften van welvaart en
sociaal welzijn in de Europese tuin grotendeels onvervuld blijven,
nemen de ontevredenheid toe, en niet alleen onder gewone mensen.
Sommige nationale elites zijn ook onrustiger geworden omdat ze worden
gestraft door de vijandigheid van de EU tegen Rusland, en in
toenemende mate tegen China. Het potentieel van de EU voor economische
groei is uitgeput en de meerderheid van de leden van het blok lijdt
onder een chronisch begrotingstekort en buitensporige staatsschulden.
Maar omdat de VS alle hens aan dek nodig heeft om haar snel afnemende
hegemonie overeind te houden, heeft de EU haar rol als handhaver van
de Amerikaanse regels verdubbeld door de NAVO en de EU te verweven in
een architectuur van controle en propaganda – er is hybride
oorlogsvoering ontketend tegen de Europese bevolking onder het mom van
verdediging tegen Russische desinformatie. In een dergelijke context
worden meer middelen naar de defensie- en veiligheidsbegroting en naar
Amerikaanse bondgenoten zoals Oekraïne gestuurd. Hoe je het ook wendt
of keert, het is duidelijk dat slechts een handvol goed verbonden
bedrijven profiteert van een stijging van de militaire uitgaven en R&D
van de lidstaten.
De Covid-19-noodsituatie bood de VS de perfecte gelegenheid om te
controleren of alle Europese eenden op een rij stonden. Voor het eerst
in haar geschiedenis heeft de EU een gezamenlijke
aanbestedingsstrategie aangenomen: de gezamenlijke aanschaf van
vaccins stelde niet alleen de samenhang, de coördinatie, het vermogen
om ‘snel te handelen’ en het mobiliseren van financiële middelen op de
proef, het vormde ook een precedent dat later de gezamenlijke aanschaf
van vaccins vergemakkelijkte, wapens voor Oekraïne en het opleggen van
sancties aan Rusland.
De uitsluiting van Russische en Chinese vaccins toonde aan dat men
erop kon vertrouwen dat de EU de Amerikaanse bevelen zou gehoorzamen,
zelfs als deze in strijd waren met haar economische belangen.
Amerikaanse mRNA-vaccins waren duurder dan het alternatief en
vertrouwden op een technologie waarvan de veiligheid niet was bewezen.
De EU-mainstream media en politieke debatten gebruikten de taal van
oorlogsvoering door te verwijzen naar een ‘oorlog’ tegen Covid-19, het
virus werd ‘teruggevochten’ en medici en paramedici werden omschreven
als ‘frontsoldaten’.
Een cognitieve metafoor van oorlog hielp de perceptie van de
werkelijkheid te structureren. De uitzonderingstoestand werd
genormaliseerd, wat leidde tot de opschorting van de grondwettelijke
rechten. De pandemie bood het voorwendsel om de meest vèrreikende
psychologische operatie uit te voeren die ooit in vredestijd is
geprobeerd: elke publieke uiting van afwijkende meningen of het niet
naleven van onzinnige regels werd hardhandig onderdrukt, de mainstream
media en sociale media werden bewapend om het publiek te hersenspoelen
en te censureren, de capaciteit van het nieuwe leger van 'factcheckers'
van de EU werd vergroot en de reikwijdte van digitale surveillance
werd uitgebreid.
Lockdowns leidden tot enorme economische verliezen (en winsten voor
een handvol voornamelijk Amerikaanse technologie- en farmaceutische
bedrijven), maar ook tot een paradigmaverschuiving in het begrotings-,
monetaire en investeringsbeleid van de EU, met name door de aanpassing
van de staatssteun om de lidstaten in staat te stellen hun eigen
economieën te ondersteunen - door middel van directere interventies.
Het betekende een breuk met het bezuinigingsbeleid dat na de
financiële crisis van 2008 werd aangenomen. Naarmate staten steeds
meer schulden kregen, moesten ze nog meer soevereiniteit aan de EU
afstaan: de ontwikkelingsstrategieën en -doelen van de lidstaten
moesten in lijn zijn met de prioriteiten van de EU en waarvan vooral
de VS profiteren. De schuldenval werd gepresenteerd als een
herstelplan met klinkende namen als Next Generation EU (NGEU) – €360
miljard aan leningen en €390 miljard aan subsidies.
Zoals ze zeggen: laat een crisis nooit verloren gaan. Een noodsituatie
creëert een gevoel van urgentie en de noodzaak om snel te handelen,
waardoor het vermogen om goed na te denken ernstig wordt verminderd.
Deze aanpak maakte later de weg vrij voor de acceptatie van nog
grotere verliezen, toen de EU sancties tegen Rusland oplegde die in
een boemerang veranderden. Elke aarzeling om Russisch gas op te geven
werd onmiddellijk door de Amerikaanse 'partner' ondervangen door hun
sabotage van de Nord Stream-pijpleidingen.
Eurocraten die ervan houden bemind te worden, vooral de pay-to-play-uiting
van liefde, worden nu aan een kortere lijn gehouden. Er wordt geschat
dat er ongeveer 30.000 geregistreerde lobbyisten in Brussel zijn en
dat zij al tientallen jaren liefde verspreiden. Maar de laatste tijd
hebben alleen door de VS doorgelichte lobbyisten vrij spel gekregen.
Het lijkt erop dat de arrestaties die volgden op Qatargate een
waarschuwing waren voor eurocraten: het aanvaarden van steekpenningen
van bepaalde buitenlandse actoren zoals Qatar zal niet langer worden
getolereerd. Transatlantische belangen moeten altijd voorop staan.
Hoewel uitbreiding in officiële EU-documenten is verankerd als een
geostrategische noodzaak, wordt de EU nu geconfronteerd met veel
grotere uitdagingen dan in de jaren na de Koude Oorlog. Begin jaren
negentig bespraken de Europese leiders de vraag of ze de unie moesten
uitbreiden, Oostbloklanden zouden absorberen, of de integratie ervan
moesten verdiepen. Ze hebben het alledrie geprobeerd en het resultaat
is volgens alle sociaal-economische indicatoren een onhoudbare
puinhoop, nog voordat we rekening houden met de duizelingwekkende
kosten van het steunen van Oekraïne, het verlies van betaalbare
energiebronnen uit Rusland en de boemerang-sancties. En dan hebben we
het niet eens aan de honderdduizenden opgeofferde levens in de proxy-oorlog
tegen Rusland, waarvan de VS als enigen extreem profiteren.
Denktanks, eurocraten en de media hebben onlangs hun inspanningen
opgevoerd om voorbeelden uit het verleden van de EU-uitbreiding als
een succes en toekomstige uitbreiding als een kans te beschouwen, maar
buiten hun echokamers groeit het scepticisme en is de
uitbreidingsmoeheid begonnen.
Als over uitbreiding wordt gesproken, komt dat omdat praten goedkoop
is. Vraag het maar aan Noord-Macedonië, een land dat in 2005 de status
van kandidaat-lidstaat kreeg en nog steeds op de wachtlijst staat. De
aanvraag van Oekraïne en Moldavië werd in 2022 haastig aanvaard om
voor hen een wortel te laten bungelen, terwijl ze heel goed wisten dat
geen van beide landen aan de criteria voldoet om lid te worden van de
unie. Bovendien is het nog steeds beter voor de EU om ze aan de haak
te houden en de deal nooit af te ronden. Aan negen landen is formeel
dezelfde belofte gedaan, en je kunt de toetreding van Oekraïne en
Moldavië niet bespoedigen zonder wrevel te veroorzaken.
Maar omdat Washington vreest dat ‘politiek en economisch kwetsbare
landen’ hun geduld met de EU zouden verliezen en aantrekkelijkere
partners zouden vinden om hun ontwikkeling te ondersteunen, namelijk
China en Rusland, moet de EU beloftes blijven doen en, het
allerbelangrijkste, de politieke elites in aangrenzende landen
financieren om hun macht en klantenkring te versterken. De VS rekenen
er ook op dat de EU de oorlogsinspanningen van Oekraïne en de
wederopbouw zal financieren van wat er nog over zal zijn van dit
mislukte land als het militaire conflict eindigt. Laat de Europese
belastingbetalers de rekening maar op zich nemen: de steun van de EU
aan het regime in Kiev heeft nu 85 miljard euro bereikt en Von der
Leyen beloofde dat er nog meer zal komen. Een extra € 50 miljard voor
de ‘Oekraïne Faciliteit’ werd door de Europese Commissie voorgesteld
voor de jaren 2024 tot 2027. In 2022 had het Europees nepparlement €
150 miljoen goedgekeurd om de marionettenregering van Moldavië te
steunen.
Omdat de EU niet kan uitbreiden zonder te imploderen, hebben Frankrijk
en Duitsland twaalf deskundigen uitgenodigd om een werkgroep voor
institutionele hervormingen van de EU te vormen. Ze zijn met een reeks
voorstellen gekomen voor een constructie met meerdere snelheden die
sommige lidstaten in staat zou stellen om op bepaalde gebieden dieper
te integreren en te voorkómen dat anderen deze zouden tegenhouden. Het
rapport stelt voor om de vereisten voor unanieme stemming af te
schaffen, ook al impliceert het schrappen van veto's het aanvaarden
van verschillende niveaus van engagement. Het voorziet in vier niveaus
van lidmaatschap, waarbij de laatste twee geheel buiten de EU vallen.
Deze 'concentrische cirkels' zouden een binnenste cirkel omvatten
waarvan de leden zelfs nog nauwere banden zouden kunnen hebben dan
degenen die de bestaande EU binden; de EU zelf; geassocieerd
lidmaatschap (alleen interne markt); en het lossere, minder
veeleisende niveau van de nieuwe Europese Politieke Gemeenschap.
Het belangrijkste ‘voordeel’ voor het Collectieve Westen is dat alle
landen van dit ‘Europa’ zullen worden afgesneden van Rusland en Wit-Rusland,
maar het is niet duidelijk wat de voordelen zijn voor landen in de
buitenste laag, gegeven het feit dat zij beperkte of geen
mogelijkheden zullen hebben voor toegang tot de interne markt, maar
zullen naar verwachting een deel van hun eigen nationale
soevereiniteit opgeven ten gunste van Brussel, waardoor ze hun
autonomie en manoeuvreerruimte in een multipolaire wereld zullen
verliezen.
Afgelopen oktober kwam de Europese Politieke Gemeenschap – een
praatgroep waarin leiders van EU-landen, EU-kandidaten, Zwitserland,
Noorwegen, Groot-Brittannië en zelfs Armenië en Azerbeidzjan zitting
hebben – in Granada bijeen om een mogelijke uitbreiding van het blok
te bespreken. De bijeenkomst was bedoeld om de vastberadenheid te
versterken, maar in plaats daarvan verdiepte het de bedenkingen van
degenen die nooit warm liepen voor het idee om de EU uit te breiden
ten koste van de huidige leden. Sommige leden hebben het rekenwerk al
gedaan en beseften dat als de voorgestelde uitbreiding van de EU
doorgaat, zij meer zullen moeten betalen aan en minder ontvangen van
de EU-begroting: netto-ontvangers zullen netto-betalers worden. Het is
begrijpelijk dat ze niet al te enthousiast zijn over het vooruitzicht.
Terwijl de toegenomen integratie tussen de EU en de NAVO en de
expansie naar het oosten nieuwe, krachtige lobby’s en een nieuwe
klasse van ultra-Atlantische eurocraten creëerden, verloren de
EU-lidstaten elke schijn van strategische autonomie en daarmee ook
elke kans om hun economische en geopolitieke belangen te beschermen of
te bevorderen. Aanvankelijk was het de arbeidersklasse van de Zuid- en
West-Europese landen die het zwaarst te lijden hadden onder de
expansie van de EU, maar daarna begon ook de middenklasse de druk te
voelen. Tegenwoordig is het Italiaanse bbp per hoofd van de bevolking
gedaald tot het niveau van Mississippi, de armste staat van de VS; die
van Frankrijk is iets beter, het ligt ergens tussen die van Idaho en
die van Arkansas, terwijl die van Duitsland, de motor van de Europese
economie, overeenkomt met die van Oklahoma. Niet bepaald een
succesverhaal.
Hoewel EU-sceptici in deze landen talrijker en mondiger zijn geworden,
is hun politieke invloed beperkt. Hun tegenstanders vertegenwoordigen
de belangen van een nieuwe politieke en economische elite die is
ontstaan door zowel de materiële als de symbolische medeconstitutie
van het administratieve en bureaucratische apparaat van de EU. Deze
elite kan, door de verdeling en uitbetaling van fondsen, naleving
bewerkstelligen of de loyaliteit van politici belonen. Door de
portemonnee te beheersen, kan het in elk EU-land als koning fungeren.
De komende EU-verkiezingen zijn er dan ook alleen maar voor de bühne.
Het spreekt voor zich dat deze elite de habitus en de neoliberale
ideologie deelt van transnationale elites die zich meer thuis voelen
in Londen en New York dan in Brussel. Het zou naïef zijn om te
verwachten dat zij de Europese belangen zou verdedigen. In feite is
dat niet het geval. De landen van de eurozone, die vijftien jaar
geleden een bbp hadden van iets meer dan dertien biljoen euro, hebben
dit vandaag de dag met twee miserabele biljoenen verhoogd, terwijl de
VS hun bbp bijna hebben verdubbeld (van 13,8 naar 26,9 biljoen euro),
ondanks hun kleinere bevolking. Volgens de Financial Times bedraagt
de economie van de Europese Unie, uitgedrukt in dollars, nu 65% van
de economie van de Verenigde Staten. Dat is minder dan de 91% in 2013.
Het Amerikaanse bbp per hoofd van de bevolking is ruim twee keer zo
groot als dat van Europa, en de kloof blijft groter worden. Briljant
werk!
Als EU-leiders bij internationale onderhandelingen routinematig worden
gepasseerd ten gunste van nationale leiders, komt dat omdat de EU
voldoet aan de definitie van een papieren tijger. De eenheid die ten
aanzien van de proxy-oorlog in Oekraïne wordt getoond, kan niet lang
standhouden en de belangrijkste Amerikaanse en Europese architecten
zullen over een jaar niet langer in functie zijn. Het politieke bestel
van Europa pleit tegen een proactief buitenlands en defensiebeleid.
Dus als Borrell enthousiast is over de noodzaak voor Europa om van een
zachte macht naar een harde macht te gaan, vergeet hij gemakshalve dat
de EU geen statelijke actor is. Het heeft een aantal kenmerken van een
staat – rechtspersoonlijkheid, enkele exclusieve bevoegdheden, een
diplomatieke dienst en sommige EU-landen hebben een gemeenschappelijke
munt – maar uiteindelijk is het een hybride en als zodanig niet
toegerust voor een 19e-eeuws ‘groot spel’ van machtspolitiek. En
eerlijk gezegd zal het daar de komende jaren niet toe uitgerust zijn.
Een 'geopolitieke EU' blijft weinig meer dan een troostende fantasie,
gebaseerd op haar aantrekkingskracht: de wachtrij om lid te worden.
[Alle links, bronnen, documenten en meer informatie uitsluitend voor abonnee's]
[14 mei 2024]
Afdrukken
Doorsturen